ALTITUDE SETTING (kalibratie van hoogte)

Een hoogtemeter 'kalibreren' houdt in dat deze ingesteld wordt op de voor dat punt bekende hoogte. U kunt de hoogte opnieuw instellen via . De werkelijke hoogtewaarden zijn op verschillende plaatsen vermeld: aanduidingsbordjes en hoogtelijnen en hoogste punten op kaarten. De hoogte moet 'gekalibreerd' worden in verhouding tot de omgevingsluchtdruk.

Opmerking: de gemiddelde druk op zeeniveau is 1013,25 hPa.

Voor een zo nauwkeurig mogelijke werking van de hoogtemeter kunt u naargelang uw geografische positie het halfrond en de klimaatzone aanpassen. Via 'T-TOUCH' / 'SETTINGS' / 'Calibration' / 'Altimeter' selecteert u handmatig of automatisch uw klimaatzone op basis van de vereenvoudigde klimaatclassificatie van Köppen (zie onderstaande afbeelding). Als het horloge niet is ingesteld ('Not Set') wordt het standaard atmosfeermodel gebruikt: vaste temperatuur, op zeeniveau = 15°C, gemiddelde druk, op zeeniveau: 1013,25 hPa.